De Geschiedenisrubriek ~ Een onvervalst stukje geschiedvervalsing (1500-1951)
 

 

 
De Vroege Jaren (1500 - 1951)

De Efteling is het enige prentenboek ter wereld waar je doorheen kunt lopen. Je ziet, je hoort, je zou de wonderlijke vertelsels zelfs aan kunnen raken. Jammer alleen dat zoveel projecten er nooit het levenslicht zagen. Maar in dit geschiedenisoverzicht wel. Elk jaartal is een stukje verhaal om zo het hele verhaal voor altijd te onthouden.

Ergens na 1500
Ten noordwesten van Loon op Zand wordt in een buurtschap in de Loonsche en Drunensche duinen een hoeve gebouwd. Op een uithangbord staat de naam van deze hoeve: ‘Ersteling’. De boerderij verdwijnt, edoch de merkwaardige naam blijft aan het buurtschap verbonden. Door de eeuwen heen verbastert deze tot Essteling. De gotische ’s-en gaat men op den duur uitspreken als een f, waarna het buurtschap de naam Efteling krijgt.

1933
We schrijven het begin van de jaren ’30. De werkeloosheidscijfers zijn hoog, de gezinnen zijn groot en er is weinig geld. In een poging de bewoners van Loon op Zand en haar buurgemeenten wat ontspanning ende vermaak te geven in de moeilijke tijden ontwikkelen Pastoor F.J. de Klijn en Kapelaan E. Rietra in samenwerking met Jac. Smit, de voorzitter van voetbalvereniging DESK, plannen om op buurtschap de Efteling een Sportpark op te gaan richten. Niet alleen krijgt de lokale bevolking op deze manier wat afleiding, er wordt op deze manier ook tijdelijke werkgelegenheid gecreëerd.

1934
Op de schrale duin- en bosgronden ten zuiden van Kaatsheuvel gaat in de zomer de eerste spade de grond in. Op de uitvoering van de aanleg van het sportpark wordt toegezien door de Koninklijke Nederlandsche Heijdemaatschappij. De gronden waar de sportvelden worden aangelegd zijn in het bezit van de parochies St. Jan en St. Jozef.

1935
Op 19 mei 1935 wordt het Rooms-Katholieke Sport- en Wandelpark officieel geopend. In nauwelijks een jaar tijd zijn hier een Hoofdvoetbalveld, de huidige plaats van de Indische Lelies, Twee Oefenvelden en een Speelweide, op de huidige locatie van Shangri-La, komen te liggen. Hier kunnen de inwoners van Kaatsheuvel in aansluiting op de doelstellingen van de kerk een ‘gezonde geest in een gezond lichaam’ houden.

1936
Met nog altijd de Kerk als drijvende kracht achter het R.K. Sport- en Wandelpark wordt bij het sportpark de Speeltuin geopend, die het recreatieve karakter van het park versterkt. In deze speeltuin zijn onder andere een hoge Glijbaan, een Kabelbaan, een Draaimolen en een echte Ponybaan te vinden.

Wilde natuur, ruyghten: ze bepaalden
het uiterlijk van de Efteling-gronden
voor honderden jaren.
Wilde natuur, ruygten: ze bepaalden
het uiterlijk van de Efteling-gronden
voor honderden jaren.
Al in 1936 opende de eerste speeltuin in het "R.K. Sport- en Wandelpark".
(Foto van later datum)

1937
In het Sportpark, dat inmiddels zo’n twaalf hectaren omvat, wordt een Wielerbaan van zand geopend. De baan doet in deze functie nog jarenlang dienst en wordt daarnaast gebruikt voor vakantiespelen van de Broeders van de Liefde. Na 1937 blijft het door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog een aantal jaren relatief rustig aan het uitbreidingsfront.

1949
De schoenenindustrie van de gemeente Loon op Zand komt eind jaren ’40 tot volle bloei. Meer dan een vijfde deel van de Nederlandse schoenen komt volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek uit deze contreien. Om te vieren dat de Katholieke Jonge Middenstandsvereniging twaalfeneenhalf jaar bestaat wordt daarom op het terrein van het Sportpark van 23 tot en met 27 juli de schoeiseltentoonstelling ‘De Schoen’ gehouden. In een aantal tentoonstellingshallen profileert zich hier de middenstand van de gemeente Loon op Zand. De tentoonstelling mag op het terrein worden gehouden onder voorwaarde dat al het gebouwde in het park blijft staan.
    De Toegangspoort aan de Parklaan, die is aangelegd door de gezamenlijke Kaatsheuvelse aannemers zal bijvoorbeeld nog jarenlang dienst doen als ingang voor het Sportpark en later de Efteling.
De tentoonstelling is een groot succes en zet burgemeester R.J.Th. van der Heijden aan het denken over de realisatie van een meer grootschalig recreatief oord. Daarom worden op 1 augustus samen met ir. Heijdelberger van de Koninklijke Nederlandsche Heijdemaatschappij op het Loon op Zandse gemeentehuis plannen besproken om het park te gaan uitbreiden tot een recreatiepark met ‘bergen en tien hectaren water’. Heijdelberger gaat samen met ir. Markvoort van de Dienst Uitvoerende Werken aan de slag om de plannen uit te werken.

1950
Op 25 mei 1950 wordt in de pastorie van de St. Jozefparochie de naam van de Stichting R.K. Sport- en Wandelpark gewijzigd in Stichting Natuurpark de Efteling.


Ter bevordering van de lichamelijke ontwikkelingen en ontspanning van de inwoners der gemeente Loon op Zand en de bevordering van het toerisme naar en binnen de gemeente, / een en ander in katholieke geest.

Op 25 augustus gaat vervolgens de eerste spade de grond in voor de aanleg van een Grote Vijver. De door Heijdelberger en Markvoort ontwikkelde plannen omvatten naast de aanleg van de vijver ook paden, parkeerterreinen, tennisbanen en sportvelden, die in de jaren daarna zullen worden aangelegd.

1951
In het nieuwe jaar wordt de vernieuwde Speeltuin aan het publiek gepresenteerd. Deze bevindt zich aan de Europalaan aan de voorzijde van het park. In de bosrijke omgeving waarin de speeltuin zich bevindt staan een zestiental verschillende speeltoestellen opgesteld. De toestellen varierën van een rollende ton, tot een kabelbaan en van een wip tot een schuitjesschommel. Als de Efteling in de navolgende jaren een groeistoot krijgt en het accent meer op het sprookjesthema komt te liggen wordt de speeltuin verder uitgebreid met verschillende bijzondere speeltoestellen, zoals een Chinese familieschommel, een Drakenschommel en zelfs de hoogste glijbaan van Nederland. Met name in de beginjaren van het park behoort de speeltuin tot de populairste attracties.
De hongerige of dorstige bezoeker kan terecht in het door de Waalwijkse Architect A. van Stokkum ontworpen Theehuis, dat op 11 mei wordt geopend. Het eerste permanente horecapunt zal naarmate het park in omvang toeneemt zélf ook in omvang toe gaan nemen en zal later bekend worden onder de naam ‘Het Witte Paard’.
    Burgemeester Van der Heijden is echter, mede op aanraden van zijn vrouw, nog op zoek naar een exclusieve stunt om De Efteling aantrekkelijker te maken voor het grote publiek.
In mei heeft in het nabijgelegen Eindhoven een bijzondere festiviteit plaats. Om het 60-jarig jubileum van Philips te vieren is het plaatselijke Stadswandelpark omgetoverd tot een heuse Sprookjestuin, waar sprookjes van Hans Christian Andersen en de gebroeders Grimm tot leven zijn gebracht. In prachtig verlichte decors wordt hier een aantal sprookjes uitgebeeld door echte mensen. Hoewel mede-initiatiefnemer en creatieve duizendpoot Peter Reijnders erin slaagt van de sprookjestuin een jaarlijks terugkerend evenement te maken, laat het idee van een meer permanente manier om mensen in contact te brengen met sprookjes hem niet los. De puzzel valt in elkaar als hij bij zijn zwager burgemeester Van der Heijden op een familiefeestje zit en het idee ontstaat om dit permanente sprookjespark in de Efteling te bouwen.

Peter Reijnders, het genie achter een oneindig aantal Efteling-wonderen. Het plan van Heijdelberger en
Markvoort volop in ontwikkeling (1950).
De in 1949 voor "De Schoen"
gebouwde entreepartij.

    Reijnders denkt een concept uit om met poppen en technische truuks sprookjes tot leven te wekken. In tegenstelling tot de uit board opgebouwde Sprookjestuin moet in de sprookjesomgeving in de Efteling gewerkt worden met degelijke constructies en echte bouwmaterialen. Voor de technische effecten wordt een beroep gedaan op Philips-medewerkers uit Eindhoven. Voor de vormgeving kan Reijnders maar één man bedenken. De illustraties die Anton Pieck maakte voor de sprookjes van Grimm zouden volgens hem perfect in het park passen.
    Aanvankelijk moet Pieck niet veel weten van het hele idee. Hij heeft het druk genoeg met het werk dat hij al heeft en het is hem niet duidelijk wat Reijnders met zijn ‘speeltuin’ en ‘sprookjespark’ bedoelt. Wel weet Reijnders Pieck zover te krijgen dat de illustrator hem in Overveen ontvangt. Daar lukt het Peter Reijnders zijn aanstekelijke overtuigingskracht op Anton Pieck over te brengen, zodat deze zijn tekenkunsten leent aan de unieke onderneming.
    Aldus bedenkt Peter Reijnders de mechanieken en sprookjesopbouw, en ontfermt Anton Pieck zich over de visuele kant van het geheel. De altijd perfectionistische Pieck is nauw betrokken bij de uitvoering van de door hem ontworpen bouwwerken. Alles moet conform zijn tekeningen schots en scheef worden uitgevoerd, iets waar veel bouwers problemen mee hebben. Deze werkwijze druist immers in tegen alles wat zij gewend zijn en geleerd hebben. Menig gemetseld muurtje moet tot op de grond toe worden afgebroken omdat het er veel te netjes en recht uitziet. Rechtshandige metselaars moeten maar met de linkerhand gaan metselen en linkshandigen met rechts. Ook komt Pieck met het advies links te werken en rechts te kijken. Daarnaast trakteert hij de metselaars en timmerlieden meermaals op een borrel alvorens zij beginnen.

Plattegrond 1951, klik voor een vergroting -|- Kaart: Bram Elstak, © het WWCW 2005

 
Terug naar het Navigatiescherm

 
 
© Het Wonderlijke WC Web, 2002 - 2005. Tekst: Jorn van de Wetering. Cartografie: Bram Elstak. Grafisch: Friso Geerlings