Het Noorderlicht

Sfeer:   Assortiment:   WWCW-team:

 

 
  
Aanzicht op het Noorderlicht -|- Foto: Friso Geerlings, © 2003 Het Wonderlijke WC Web

Of het de ijs(bord)-hatende geest van Anton Pieck was die het voor elkaar kreeg, of toch gewoon de kosten/baten analyse die het park tegenwoordig zo economisch regeert; zeker is wel dat het seizoen 2008 begon met een horecapunt minder. Het piepkleine ijsverkooppuntje “Het Noorderlicht”, op het terras van het Ballonvaardercomplex, had plaatst gemaakt voor een nieuwe, veel duidelijkere entree tot het achterliggende complex, dat zo het “Welkom”-concept van haar bedieningsrestaurant meer aandacht kon geven. Het Noorderlicht is daarmee ook meteen een horecapuntje in de categorie van kortlevers binnen de Efteling: slechts zeven jaar kon hier schepijs gekocht worden. IJsliefhebbers doen er nu goed aan door te lopen naar “Den Suykerbuyk” aan het Anton Pieckplein. Veel mooier ook, trouwens.

Wat we destijds, in 2004, voor u recenseerden kunt u hieronder lezen.

e geschiedenis van ijs, eetbaar ijs welteverstaan, is er een die ver terug gaat. IJs wordt namelijk al sedert een aantal millennia bereid. Hoewel de Romeinen, de Grieken en de Perziërs in hun tijd de delicatesse achter het koude goedje al erkenden, was het toch bij de Chinezen dat de ijscokarren als eerste uittrokken. Nou ja, ijscokarren zullen het niet geweest zijn, maar vast staat wel dat het eerste ijs uit het oude China stamt. Over de smaken is niet veel bekend, maar de Chinezen kennende zullen dat wel voornamelijk de smaken kerrie-ijs, haaienvinnenijs en natuurlijk mandarijnenijs geweest zijn.

IJs nam in het in de Romeinse beschaving zelfs zo een belangrijke rol in dat men waar dat ook maar even kon voorlopers van onze ijssalons maakte. Onder het as van het oude Pompei vond men nog restanten van een dergelijke ijssalon. Het ijs dat daar verkocht werd was gemaakt van sneeuw van de Etna. Die sneeuw werd dan gemengd met honing, vruchten en sap. Natuurlijk lijkt het Oud-Romeinsche ijs in geen enkel opzicht op het ijs dat tegenwoordig in welke willekeurige ijscowinkel dan ook uit de softijsautomaat komt sijpelen, maar het was in ieder geval een klein begin. Ironisch genoeg zou het ijs zoals wij dat kennen later via Italië haar bekendheid krijgen.

Ola, Hertog en Mövenpick mogen Marco Polo dankbaar zijn. Dezelfde man die ook verantwoordelijk was voor de vanuit bami bedachte pastagerechten, bracht vanuit China (waar het ijs haar oorsprong vond) een recept mee van een zogenaamde ‘Sherbet’. Deze kennen wij tegenwoordig ook wel als de sorbet. De grote verandering die dit met zich meebracht was dat waterijs voortaan gecombineerd werd met melkijs, wat de voor ijs zo karakteristieke smaaksensatie met zich meebracht. Het zijn dus de Italianen aan wie ijs een groot deel van bekendheid te danken heeft. Wie kent immers niet de Italiaanse ijssalons, waar schepijs in allerlei smaken te verkrijgen is. Doch in die tijd was ijs nog steeds een lekkernij die enkel toegankelijk was voor de adelstand.

Het is de Fransman Tessain geweest die met zijn combinatie van water, zout, salpeter en ijsblokken een mengel wist te maken dat geschikt was voor het bereiden van ijs. De door de adel aangelegde ijskelders, waarin ijs tot dan toe koud gehouden werd met grote ijsblokken en stro ter isolatie, konden volgegooid worden met zand. IJs kon nu immers veel gemakkelijker gemaakt worden en het werd vanaf toen ook toegankelijk voor een groter publiek.

De industriële revolutie bracht zowaar nog een nieuw wonder met zich mee: de frigidaire, ook wel de koelkast genaamd. Jacob Perkins diende in 1834 het eerste verzoek op patent voor een vrieskast in. In de afgelopen twee eeuwen ontwikkelden de verschillende toepassingen daarin zich verder. Na het vuur had de mens dankzij de modernste technieken na 10.000 jaar evolutie dan eindelijk het ijs onder controle gekregen. En dat zou de wereld weten ook. Softijs, Italiaans ijs, ijsblokjes, schaatsijs en anijs, het was vanaf toen allemaal sneller en langer voorhanden. En toen de mensen zich in de vorige eeuw dankzij de bloei van de westerse beschaving ook een eigen koelkast met vriesvakje konden veroorloven lieten de bakken met ijs om daarin te stoppen dan ook niet lang op zich wachten.

De luxe van welvarendheid leidt er ook toe dat fabrikanten een concurrentieslag beginnen om zoveel mogelijk geld uit de portemonnee van de consument te troggelen. Producten komen er in allerlei soorten en maten, om zoveel mogelijk tegemoet te komen aan de immer selectiever wordende smaakpapillen van de koper. Vandaar dat er ijs is in allerlei smaken en varianten en in wel duizend soorten. Van de overbekende pistache- en straciatella-ijsjes tot pompelmoes- en marsepeinijs. Er is ijs van geitenmelk voor astma- en reumapatiënten en suikervrij ijs voor de diabetici. Maar het zijn de Japanners die met hun vreemde varianten de ijsabsurditeiten naar de kroon steken. Het ijs is daar verkrijgbaar in onder andere de smaken groene thee, rode bonen, ossentong, paling en kippenpoot.

‘Nu’, zult u zich afvragen, ‘waar blijft temidden van al dat geblaat nou toch in vredesnaam die Efteling-lingk?’. Maar wees gerust, aan dat deel van dit verhaal zijn wij inmiddels toegekomen.

Het mag gezegd worden dat het lang heeft geduurd voordat de Efteling ijs echt in haar armen heeft gesloten. Een van de bekendste anecdotes, een die iedere zichzelf respecterende Efteling-liefhebber wel ergens in zijn grijze massa moet hebben rondzwerven, heeft zelfs met ijs te maken, zij het in negatieve zin. Het was immers in 1954 dat Peter Reijnders een grap uithaalde met Anton Pieck bij de opening van diens ‘Pieckoreske’ plein. Een felgeel en stijlloos bord op het poppentheater dat aangaf dat even verderop ‘IJS’ was te krijgen deed de tekenaar en ontwerper evenzo geel, doch ook een beetje groen ergeren. Dat bord verpestte immers het door hem ontworpen plein. Het plein dat in alle aspecten even fraai zou zijn, ware het niet dat deze doorn in het oog alles verpestte. Toen de voorzitter hem dan ook verzocht deze schanddaad te verwijderen deed Anton Pieck dat maar al te graag. Tot zijn eigen verbazing onthulde hij het welbekende bordje ‘Anton Pieckplein’. Hoewel het er tegenwoordig op begint te lijken dat alle pleinen in de Efteling vernoemd moeten worden naar een ontwerper, was het in die tijd toch wel iets heel bijzonders.

Of het kwam omdat Pieck niet van ijs hield of omdat hij het bordje nou echt zo lelijk vond, dat zullen we waarschijnlijk nooit meer te weten komen. Vast staat wel dat op die dag, op 8 juni 1954, Anton Pieck, de eerste ontwerper van de Efteling en de man die de het park haar herkenbare uitstraling heeft meegegeven, een ijsbord van de muur heeft gerukt. En ik als verteller kan u als lezer zeggen dat dit incident het aanzien dat ijs genoot in de Efteling voor de jaren die daarna volgden wel degelijk getekend heeft. Natuurlijk waren er ijskramen, maar deze waren vrijwel altijd verrijdbaar. Natuurlijk was er ijs in de horecapunten, maar de Efteling liet de distributie in de wellicht ietwat onbekwame handen van Mars. Ja, ijs was uit den boze in die tijd.

Een voorbeeld dat illustreert hoe tegen de stroom van ijsverbanning niet ingezwommen kon worden geeft het ter ziele gegane horecapunt ‘In den Noordpool’. De directie zag zich genoodzaakt de deuren van deze kraam, waarin ijs een centrale rol innam, na slechts enkele jaren weer te sluiten. Het hoongelach dat daarbinnen is te horen is ongetwijfeld een subtiele verwijzing naar deze overwinning van Anton Pieck.

Maar de tijd heelt alle wonden, zoals dat in sprookjes ook zo vaak gebeurt. Er waren enkel een nieuwe directie, nog een nieuwe directie en nog een stel nieuwe directies voor nodig om de geschiedenis de ijsincidenten te doen vergeten. Of het ligt aan de onbekwame manier waarop de huidige directie omgaat met de rijke geschiedenis van de Efteling, of omdat de geschiedenis het ijs heeft vergeven voor het bijna uitblijven van de triomf van Anton Pieck bij het zien van zijn mooie plein, het ijs heeft na de catastrofe van ‘In den Noordpool’ toch een tweede kans gekregen. En die kans heeft ze gekregen in de vorm van het Noorderlicht.

In het jaar onzes Heeren 2001, op 30 april om 13:30, durfde men het weer aan. Deze keer zaten er onder de borden met daarop ‘IJS’ geen mooie pleinbenamingen. Er was geen ontkomen meer aan. Het pannenkoekenhuisje op het terras van het Café-Restaurant werd vervangen door een verkooppunt voor ijs. Voortaan zouden de slappe opgewarmde flensjes vervangen worden door de Oud-Chineesche delicatesse.

De huidige ontwikkelingen wijzen op de komst van een heuse ijssalon op het vernieuwde Anton Pieckplein. Winter is ‘cool’ en winter brengt ijs met zich mee, dus ijs is ook ‘cool’. Laten we hopen dat de Efteling weet waar ze mee bezig is. Het zou jammer zijn als dadelijk nog twee dichtgespijkerde horecapunten met hoongelach de Efteling moeten opvullen.

 
Het Ballonvaardercomplex, thuis van de Globetrotter, de Wolkenvaarder en de Florant, in woord en beeld.
 
Een beschouwing van het Café-Restaurant door de tijden heen.
 

  

 Periode 2001-2007
 Categorie balie
 Aanbod specifiek
 Bezetting voldoende
 Prijs/kwaliteit normaal
 Aantal kassa's 1
 Omzet (per bezoeker per dag) € 0,01
 Pinautomaat? nee
 Smaakoordeel 6
 Zitjes geen
 Afvalverwerking afvalbakken op Noordplein
 Dichtsbijzijnde toiletten De Ballonvaader - Boven

 



Geniet hier
van een
overheerlijk
hoorntje
schepijs

in diverse
smaken
 
Menu

schepijs klein
€ 1,35

schepijs middel
€ 1,95

schepijs groot
€ 2,50

extra groot schepijs GIGANT
€ 3,10



 
  
  
 
   

Sfeerbeoordeling:  

Assortimentbeoordeling:  

   

 
 
het totaal aantal op dit horecapunt
uitgebrachte stemmen is inmiddels:
 

 

 

Foto: Friso Geerlings, © 2003 Het Wonderlijke WC Web Foto: Friso Geerlings, © 2003 Het Wonderlijke WC Web
Meer keus dan bij de Albert Heijn dachten wij zo :)
Dit is hetzelfde bord als op de grote foto boven (links). Snapt u het nog?
 

 
Foto: Friso Geerlings, © 2003 Het Wonderlijke WC Web
 
 

Het Noorderlicht: was te vinden op de zuidwesthoek van het Globetrotter-terras, aan de noorkant van de siervijver. Minst druk in de ochtend. Geopend tijdens de Winter-Efteling. Intensiteit: rustig.
 

In den Hoorn des Overvloeds  © 2002-2009 Het Wonderlijke WC Web