Terug naar de Diorama-index Het Eenzame Einde -|- Tekening: Anton Pieck - Edits: Wonderlijke WC Web 2003
   

Locatie

Wie uit Duisterstee komt heeft de wandeling rond het Diorama bijna volbracht. Nog een laatste, eenzaam huisje wacht op een blik, voordat wij, Gullivers, onze tocht door de Efteling kunnen voortzetten. Op weg naar meer verwonderling en verbazing in de wereld vol Wonderen! We zijn aangekomen in het Eenzame Einde.
 

 

Het Diorama - Eenzame einde-|- Foto: Friso Geerlings © Wonderlijke WC Web

Als een miniversie van de Bijbelse Toren van Babel verheffen de bouwsels van de stad zich tegen de hoge rotsen. De duistere nacht, hier voorzien van een gephotoshopped firmament, ligt als een donkere deken over de bouwsels waar het huisje in het Eenzame Einde op uit kijkt. Wie zou niet zo'n uitzicht willen hebben!
 

Aan alle goede dingen komt een eind, en zo ook aan de lange maar wonderbaarlijke reis door het Diorama. Het is hier, in het Eenzame Einde, dat we de machtige miniatuurwereld van Anton Pieck en Ton van de Ven vaarwel moeten zeggen. De reis door wouden, bergen, dalen, steden, dorpjes, kastelen en wonderlijke landen is nu voorbij. Wanneer we met een finale blik op Duisterstee om het grote bergmassief heen trekken, zien we nog een laatste, vreemd en klein gebouwtje. Wie er woont is een raadsel. Een kluizenaar wellicht, die hier, in alle rust, geniet van zijn dagen, of een excentrieke romanticus die zijn dagen slijt met het schrijven van poëzie en vuistdikke romans. Of, ja wie weet, zelfs wel een webmaster, moe van het beschrijven van al dat moois dat de wereld van het Diorama te bieden heeft. In elk geval is het een passend einde na zo veel grootse of juist piepkleine indrukken. Eenzaam of niet, sfeervol is het in elk geval wel.

 
De Sterredaalder
Grimm-index 150

Er was eens een klein meisje; haar vader en haar moeder waren gestorven, en ze was zo arm dat ze niet eens een kamertje had om in te wonen, en ook geen bedje meer om in te slapen, en eindelijk helemaal niets meer dan de kleren die ze aanhad en een stukje brood in haar hand, dat een medelijdende ziel haar had gegeven. Maar ze was lief en vroom. En omdat ze zo door iedereen verlaten was, trok ze, in vertrouwen op de goede God, de wereld in.

Een arme man kwam haar tegen, en hij zei: “Och, geef me toch wat eten, ik heb zo’n honger.” Ze gaf hem het hele stuk brood en zei: “Ik hoop dat Gods zegen erop rust,” en ze ging weer verder. Toen kwam een kind en dat huilde en zei: “Ik heb zo’n kou op m’n hoofd, geef me iets om op te zetten.” Toen nam ze haar mutsje af en gaf dat aan het kind. En toen ze nog een eind gegaan was, kwam er weer een kind aan en dat had geen bloesje aan en het had het zo koud en toen gaf ze het hare weg; en nog verder vroeg iemand om haar rokje, en dat deed ze ook uit en gaf het weg.

Eindelijk kwam ze in een groot bos, en ’t was al donker geworden en toen kwam er nog iemand en vroeg om een hemd en het vrome meisje dacht: “Het is toch donkere nacht, niemand ziet er iets van, je kunt ’t hemd best weggeven,” en ze trok haar hemd uit en gaf dat ook weg. En toen ze zo stond en helemaal niets meer aan had, vielen er opeens sterren uit de hemel, en dat waren niets dan harde, blanke daalders, en al had ze net haar hemd weggegeven, toch had ze een nieuw aan, en dat was van ’t allerfijnste linnen. Toen raapte ze alle daalders bij elkaar en was rijk voor de rest van haar leven
 


 
 


Het Diorama - Eenzame einde-|- Foto: Friso Geerlings © Wonderlijke WC Web
 
  
Als een vogelnestje tegen de rotsen
Het laatste bouwseltje van het Diorama bevindt zich, geplakt als een zwaluwnest, tegen het hoge centrale rotsmassief van de miniatuurwereld.

 


We shall not cease from exploration, and the end of all our exploring will be to arrive where we stared and know the place for the first time - T.S. Eliot
 

 

© 2001 - 2003 Het Wonderlijke WC Web